Published 29 november 2023

Het is negen uur.
Het is nog rustig in de voormalige basisschool aan de Aengwirderweg in Tjalleberd.
Bij binnenkomst valt mijn oog op een tekst op het schoolbord in de hal:

Het ontroert me.
Een van de deelnemers heeft het erop gezet.
Wat een mooi idee.

Schoonmaakster Susan is aan het werk in de centrale hal en in het keukentje. Ze neuriet er zachtjes bij. Susan is al vanaf het begin betrokken bij de locatie in Tjalleberd. Iedereen kent haar, en zij kent iedereen.

In atelierruimte de Vrijplaats is een jongeman geconcentreerd aan het werk in zijn tekenboek. Op tafel liggen vellen vol met zijn kleine potloodtekeningetjes.
Een andere deelnemer is aan het kleuren in een boek met mandala’s. Voor hem staan een paar prachtige dozen met kleurpotloden, maar zo te zien geeft hij de voorkeur aan zijn eigen potloden. Hij heeft ze van huis meegenomen in een klein etui.

In de ICT ruimte zijn twee jonge mannen aan het werk. Koptelefoon op. Volledig gefocused op het scherm.
In het schoollokaal verderop zijn docent Jan en coach Petra al aan het werk met een groepje leerlingen. In de ochtend geven ze les aan de onderbouw, de middag is voor de bovenbouw. Jan verwacht dat flink wat leerlingen dit jaar weer examen gaat doen.
Het sportlokaal ligt er nog verlaten bij. De pingpongtafel staat te wachten.

Te midden van al dat rustigs valt extra op dat een van de deelnemers volop in beweging is. Hij loopt heen en weer, rent af en aan, loopt rond met papier en plakband, plakt een a4tje op de deur van de Vrijplaats, loopt terug naar de keuken, maakt een praatje met Susan, en is al weer onderweg ergens anders naar toe, komt terug, pakt een beker, blijft staan. En is weer weg.
Hij maakt me nieuwsgierig.
Als hij weer even stil staat vraag ik hem of hij misschien tijd heeft om even met mij te praten.
Hij kijkt me even aan en zegt: “Yeah, sure! Maar ehh, eerst nog even….  “, en weg is hij weer.

En dan is hij er echt. We gaan zitten op de bank in de gang. Hij vertelt me dat ik hem in dit verhaal Jelg mag noemen en dat hij 28 is.
Ik vraag hem wat hij allemaal aan het doen is.
Hij zegt met een lachje: “Dat zou ik soms zelf ook wel willen weten.”
Hij vertelt me dat sommige mensen hem erg impulsief vinden.
Jelg: ”Ik noem het zelf meer intuïtief. Ik doe wat er in mij op komt.”
Hij heeft een papier en een pen in zijn hand.
Jelg: “Soms als ik thuis kom zeggen mijn ouders, vertel eens ouwe jongen, wat heb je vandaag allemaal gedaan? Dan kan ik dat niet goed vertellen. Ik probeer nu tussendoor op te schrijven wat ik gedaan heb. Dat maakt het hopelijk wat makkelijk voor mij om het aan mijn ouders te vertellen.”

Hij vertelt dat hij op een sportclub zit en dat hij van badminton houdt.
Jelg: “Ik ben hier bij Scauting bezig met het bundelen van recepten. Een kookboekje gaat dat worden. Het zijn recepten die we hier maken met de groentes uit onze moestuin. Ik heb in de Vrijplaats ook mee gedaan met het maken van boekenleggers. Die komen straks in de kerstpakketten.”

Het is inmiddels elf uur als een jongeman stilletjes binnenkomt.
Coach Wesley zegt: “Wat fijn jou te zien. Hoe gaat het met je?”
De jongen antwoord met zachte stem: “Moe.”
Wesley vraagt vriendelijk: “Hoe kom je zo moe?”
Hij antwoordt: “Niet geslapen.”
Ik hoor hem zachtjes aan Wesley vertellen dat zijn hoofd te vol was om te slapen: “Misschien door de verkiezingen, ik weet het niet.”

Later praat ik even met Wesley. Ik vertel hem dat mij opvalt hoe hij geen enkele druk uitoefent. Wesley vertelt dat deze jongeman bezig is zijn ritme weer een beetje terug te vinden.
Wesley: “Hij was hier eerder ook al eens bij ons op de locatie. Hij heeft een tijdje gewerkt, maar dat liep niet goed af, daarna zat hij een lange tijd thuis. En nu probeert hij weer wat structuur terug te vinden. En nee, ik oefen geen enkele druk op hem uit. Dat doet hij zelf al veel te veel.”

 “Het komt een soort van goed,
niet perfect,
maar goed genoeg
voor een dag als vandaag.”
(De tekst komt uit Doe niet alsof, prachtig nummer van Spinvis.)

Hanneke Kappen